Bepaal nu uw risicoklasse

Als het over inbraakbeveiliging en alarminstallaties gaat, komt de term ‘VRKI (2.0)’ regelmatig voorbij. Dit staat voor ‘verbeterde risicoklasse-indeling’. Afhankelijk van de risicoklasse waar u in valt, wordt een (combinatie van) beveiligingsmaatregelen geadviseerd of, door de verzekeraar, geëist.

Maar wat houden die risicoklassen eigenlijk in? Op basis waarvan valt uw woning of zakelijk object in een bepaalde klasse?

Bedrijven

Bij bedrijven gaat het niet alleen om de waarde van de attractieve goederen en de inventaris, maar ook om de omstandigheden waaronder ze aanwezig zijn. Bevinden de goederen zich in de showroom/winkel of in het magazijn?

De combinatie van de waarde en omstandigheden bepaalt hier de risicoklasse.

Goederen en inventaris die ‘Zeer Hoog’ attractief zijn (van babymelkpoeder tot navigatieapparatuur), vallen al vanaf € 75.000 in de hoogste risicoklasse 4, terwijl goederen en inventaris van € 150.000-300.000 die ‘Laag’ aantrekkelijk zijn ‘slechts’ in risicoklasse 1 vallen.

Beveiligingsmaatregelen

Bij elke risicoklasse horen bepaalde beveiligingsmaatregelen, die onder andere organisatorisch, bouwkundig en elektronisch van aard kunnen zijn. Onder ‘elektronisch’ verstaan we de alarminstallatie zelf. Maar er worden ook eisen gesteld aan de alarmtransmissie en reactie (alarmopvolging).

Wat betekent dit voor u?

Bedraagt de waarde van uw inboedel minder dan € 50.000 euro? Dan kunt u in principe volstaan met organisatorische plus bouwkundige maatregelen. Maar als de inbraakwerendheid van uw woning te wensen overlaat, kunt u dit alleen oplossen door daar werk van te maken óf een alarminstallatie te (laten) installeren. Vanaf risicoklasse 2 kunt u als particulier, maar ook als bedrijf, sowieso niet meer om een alarmsysteem met alarmopvolging heen.